top of page

Het leven van een stewardess!

Grote wielen met dikke banden komen uit de perfect gestroomlijnde buik van "de Sabena 747", als ik in Steenokkerzeel op het dak van de auto lig.

17 moet ik geweest zijn als ik bij dit te zien de adrenaline door mijn aderen voelde stromen.


De nieuwsgierigheid naar andere culturen, landen en continenten liet me niet los.

De woorden van mijn papa staan dan ook nog in mijn geheugen gegrift:


"Bientje, ik heb een krantenknipsel op je plaats gelegd"


Daar stond het in grote letters: INFODAG SABENA!

Zochten ze mensen bij Sabena?


Het was een evidentie dat ik enkele weken later met mama en een honderdtal andere mensen in een grote zaal in een hotel in Brussel zat de luisteren naar een grote charismatische man in uniform op het podium, Patrick Vyvey, een steward pur sang.

Als jong meisje werd ik die dag volledig meegezogen in zijn enthousiasme.

De wereld waar ik op het dak van de auto van droomde kwam plots dichterbij.

Ik meldde me aan voor een sollicitatie, een dan gebeurde het, volledig uit mijn comfortzone zat ik voor een jury van mensen die de ene vraag na de andere op me afvuurden.

Door deze sollicitatie moest ik raken, want ik voelde dat dit wel eens de job van mijn leven kon worden.





4 maanden later stapte ik na een intensieve opleiding, volledig uitgedost in "HET Sabena uniform" op het vliegtuig dat me zou laten zweven tijdens mijn eerste vlucht als "Stewardess"


Zoals Patrick het toen het podium al zei, voelde ook ik me trots om dit uniform te mogen dragen.


Ik behoorde plots tot een selecte groep mensen die de wereld zou gaan rondvliegen.



Het begon met korte vluchten op Europa waarbij ik het geluk had vele steden te mogen bezoeken.

Het Mexicaans restaurant in Bremen, het dakterras in Firenze, het strand in Valencia, de gezellige straatjes in Aix-en-Provence, het Colosseum in Rome, Marstrand bij Göteburg, Genève, Londen, de straatmuzikanten in Manchester, een boottrip in Praag, het Comomeer in Milaan, de tram en cocktails in Lissabon, veel te veel geld opdoen in de winkelstraten van Bologna, Madrid, de Ramblas in Barcelona, gaan snowboarden als we in München verbleven en nog zoveel meer...


Ik deed verschillende trainingen waarbij ik de bevoegdheid behaalde om te vliegen op Boeing, Avro, Dash-8, ATR en Airbus en dit van DAT, naar SN Brussels Airlines tot Brussels Airlines.

Ik groeide op van een verlegen meisje tot een jonge vrouw.



Toen kwam de kans om te vliegen op Airbus 330, daarbij ben je met 10 crewleden om de langere vluchten te doen.


Afrika werd plots mijn achtertuin.


De meest intense, onvergetelijke momenten beleefde ik in al die jaren.






Zo namen we bijv. in Sierra Leone een bootje naar Banana Island waar we mensen ontmoeten die nog nooit de kans gehad hadden om het eiland te verlaten.

De vele kindjes met een grote glimlach op hun gelaat probeerden me aan te raken, ze hadden nog nooit witte mensen gezien.

We namen foto's en ik beloofde aan een mama haar de foto's te bezorgen omdat ze ze graag in hun huisje wou ophangen.

Een collega bezorgde haar een tijdje later een grote zak met mooie kledij voor haar en de kinderen en ook de foto's. Ik vernam dat ze tranen had in haar ogen bij het in ontvangst nemen.

Het was zo een klein gebaar voor mij, maar zo een wereld van verschil voor haar.



In Abidjan in de Ivoorkust had ik het privilege een man te leren kennen die "colons" maakte.

Uit hout gekapte beschilderde beelden van een onvoorstelbare kwaliteit.

Uren en dagen was hij hieraan bezig, ik koos er mijn favoriet uit en "George" werd hij gedoopt staat tot op de dag van vandaag nog steeds in mijn woonkamer.


Ik vloog mee met een helikopter omdat we over "de fleuve" moesten om aan ons hotel te raken, per boot zouden we uren onderweg zijn.


Ik leerde djembé spelen met de "localés" in Banjul in Gambia.


Af en toe mocht ik met mijn favorietjes vliegen, dat zorgde voor de meest memorabele vluchten!















Ik mocht het heiligdom van Claudine André bezoeken in Kinshasa in de Democratische Republiek Congo. Een paradijs voor de Bonobo (mensaap). De Bonobo wordt nog steeds gedood voor "bushmeat" De kleintjes die achterblijven worden gered en worden verzorgd tot ze sterk genoeg zijn om terug in het wild te laten.

Hier zie je de cutie die de hele namiddag bij me bleef zitten.

Hier kunnen ze nog veel hulp gebruiken, dus kijk gerust eens op hun website https://www.lolayabonobo.org/



In Nairobi in Kenia bezocht ik een olifantenopvang, hoe triestig het ook is, ook daar worden vele mama olifanten gedood waardoor de kleintjes achterblijven.

Ze hebben de eerste levensjaren zoveel zorg nodig dat die beestjes in het wild geen schijn van kans maken.

Dit werk verdient ook echt wat aandacht, door een olifantje te adopteren help je de mensen daar alle zorg te kunnen verstrekken tot ze op een dag op eigen pootjes kunnen staan in de natuur.

Hiervoor kan je kijken op https://www.sheldrickwildlifetrust.org/





De zonsopgang tussen de wilde dieren in de Masai Mara moet het hoogtepunt geweest zijn in mijn vliegcarrière.

Daar voel je pas hoe klein we zijn, je wordt er één met de natuur.

Ik kwam in contact met de meest oprechte, pure mensen zonder enige vorm van materiële luxe.


In die jaren gebeurde er iets met me, ik moest het vaak horen, je bent "een dromer".

Ik zweefde op momenten tussen de 2 werelden, ik wou een ander leven, toch leefde ik aan 200 per uur, en had ik geen besef van wat ik met mijn lichaam aan het doen was.


Op een dag zakte ik in elkaar, 4 jaar kostte het me om terug te staan waar ik gestopt was met leven.

Daaruit leer je, en weet je plots heel duidelijk wat je wel nog wil en wat niet.

Dat uniform moest ik terug kunnen dragen dacht ik toen, en als je iets wil en het maar genoeg visualiseert, dan kom je er.


2 jaar vloog ik, weliswaar aan een iets lager tempo, terug rond.

Toch voelde ik dat de onregelmatige werkuren moeilijker te verteren waren.